KLIK HIER VOOR INFORMATIE
OVER DE SITE

COLUMNS

Over belevenissen en inzichten

CLICK HERE FOR
THE PARENT SITE
and SITE SEARCH


Mistpoeffers

Waardoor ze worden veroorzaakt, is nog niet met zekerheid te zeggen. Namelijk de harde, doffe knallen die tijdens mistige weersomstandigheden soms plotseling buiten, in het vrije veld, zijn te horen. Dit mysterieuze verschijnsel doet zich niet alleen in Nederland voor. Nee, dit verschijnsel wordt rondom over de wereld in zoveel verschillende landen beschreven, dat het er op lijkt dat de oorzaak ervan geen menselijk bron is, maar een zuiver natuurkundig fenomeen. Deze knallen doen zich zowel voor als op zichzelf staande losse knallen, als wel als een serie van roffelende dreunen achterelkaar.

Tijdens de zomer, op een avond laat in het donker, hoorde ik eens plotseling op een pad langs een weids gebied, een geluid als van een groep op hol geslagen paarden. Maar ik begreep direct dat het geen paarden waren, want op die plaats in het weidegebied lopen nooit paarden. Ik kom daar vaak, omdat het pad waarop ik liep een min of meer vast onderdeel vormt van de wandelroute waarlangs ik meerdere keren per week gewoon ben te wandelen. Bovendien: naast het pad waarop ik liep, bevinden zich meerdere aparte stukken weiland, die door sloten van elkaar zijn gescheiden. Als het werkelijk een groep paarden zou zijn geweest, hadden die paarden ieder keer over die sloten moeten springen. En aan de aard van het geluid kon men maar al te duidelijk gewaar worden dat dat niet het geval was. Bovendien, die eventuele paarden hadden die serie sprongen onmogelijk goed kunnen inschatten, omdat het daarvoor niet alleen te donker was, maar bovendien te mistig.

Ik kon onder die betreffende omstandigheden ook beslist niet waarnemen wat er toch warempel in dat weidegebied plaatsvond, hoewel ik het geluid van zeer nabij hoorde komen. Het minutenlang achterelkaar hoorbare, roffelende, geluid was voor mij op dat moment totaal niet te verklaren. Omdat ik regelmatig een flink eind pleeg te wandelen en omdat ik dat niet alleen overdag doe, maar ook wel 's avonds; 's ochtensvroeg, of soms zelfs in de nacht, ben ik goed op de hoogte van al de geluiden die men gewoonlijk zo nu en dan kan horen in een dergelijk plattelandsgebied. Dit betreffende geluid was echter volkomen nieuw voor mij. En toen dat geluid ook nog eens minutenlang hoorbaar bleef, benauwde dat mij op zeker moment toch wel enigszins. Ik realiseerde mij dat het niet het normale geluid van de donder van onweer was, omdat ik het toevallig juist heel in de verte duidelijk hoorde onweren. En dus niet juist vlakbij mij in het weidegebied, op zo'n tien meter bij mij vandaan. Daar waar ik dat mysterieuze, roffelende geluid meende te moeten localiseren.

Evenwel: ik hoorde daar in de verte óók het geluid van de onweersbui duidelijk zeer lang optreden. En ook dat geluid van de onweersbui in de verte was hoorbaar als een lange roffel. Dat feit verwonderde mij zeer, toen ik daar enigszins met angst vervuld aan het wandelen was. Ik wilde eigenlijk wel zo gauw mogelijk thuis zijn. Want ik wist maar al te goed, dat van een onweersbui in de verte, ook heel goed een verdwaalde bliksemflits los kan komen. Een bliksemflits die mensen dodelijk kan treffen, ook al zijn die mensen nog kilometers ver verwijderd van de plaats waar de onweersbui tot ontlading lijkt te komen. En anderzijds: ook dat vreemde roffelende geluid, vlakbij mij in het weiland, beangstigde mij. Gewoon omdat ik dat geluid op dat moment in het geheel niet kon verklaren.

Toen ik naderhand echter de gelegenheid had gehad om er lang en diepgrondig over na te denken, kwam ik tot de conclusie dat het roffelende geluid, wat ik zo dichtbij mij in het weiland had gehoord, toch afkomstig moest zijn van die onweersbui in de verte. "Blijkbaar", zo bedacht ik mij, "werd het geluid van de onweersbui in de verte afgeketst tegen een bepaalde luchtlaag. Net als een biljartbal op zeker moment tegen de rand van het biljart afketst, om vervolgens van baan te veranderen en om dan daarna op een heel andere plaats eventueel zijn potentiële energie af te gaan geven".

"De niet goed te verklaren geluiden die zich wel eens tijdens mistige weersomstandigheden plegen voor te doen, worden mistpoeffers (of in het Engels mistpouffers) genoemd", wist ik. "Maar die mistpoeffers doen zich over het algemeen voor als losstaande knallen. En niet als een roffel van snel opeenvolgende doffe dreunen". Dat dacht ik tenminste, tot ik vernam dat ook die series van opeenvolgende dreunen als mistpoeffers bekend staan.

Ja, en toen ik daarover nadacht viel voor mij het kwartje. Ik realiseerde mij dat het wel heel toevallig was dat zowel het geluid van mistpoeffers als het geluid van een onweersbui zich in twee overeenkomende gedaantes kan voordoen. Namelijk ten eerste als het geluid van opzichzelfstaande harde knallen, en ten tweede als het geluid van een roffel van snel achterklaar opeenvolgende doffe dreunen.

De verwarring die optreedt bij het horen van een zogenaamde mistpoeffer, wordt waarschijnlijk voor een deel veroorzaakt doordat men tijdens het horen van een mistpoeffer lang niet altijd ook de eventuele onweersbui waarneemt die op datzelfde moment ergens in de omgeving zijn invloed doet gelden. Voor een ander deel wordt die verwarring allicht veroorzaakt door het feit dat men het geluid van een mistpoeffer vaak duidelijk veel dichterbij hoort dan de donder van de onweersbui. En voor nog een ander deel wordt die verwarring waarschijnlijk ook veroorzaakt door het feit dat de donder van een onweersbui anders klinkt dan het geluid van een mistpoeffer. Eigenlijk is dat ook niet zo vreemd als men zich realiseert dat het geluid van een voortrazende trein ook heel anders klinkt als die trein zich in de verte van de toehoorder bevindt, dan wanneer die trein zich in de directe omgeving van de toehoorder bevindt. En voor nóg een ander deel wordt die verwarring wellicht veroorzaakt door het feit dat geluid zich betrekkelijk langzaam door de lucht voortplant (± 343 meter per seconde). Het directe geluid van de donder bereikt de toehoorder daardoor eerder dan het tegen de eventuele luchtlaag afgeketste geluid, wat op zeker moment als een mistpoeffer hoorbaar is.

Het geluid van mistpoeffers lijkt in ons land altijd vanuit het westen te komen. En met name mensen die dicht bij de kust wonen, horen deze het meest frequent. Mogelijk heeft dat te maken met de afwezigheid van het hinderende effect van bebouwing en begroeïng op de voorplanting van geluid boven zee. In andere landen is dit verschijnsel overigens ook bekend aan de oevers van andere grote watervlaktes dan alleen de zee. Zoals bijvoorbeeld aan de oevers van de rivier De Ganges in India.

De donder waarmee een onweersbui gepaard gaat, zou dan dus mistpoeffers op een heel andere plaats kunnen veroorzaken dan waar de onweersbui aanwezig is. Maar als het geluid van de donder tegen bepaalde luchtlagen af kan ketsen, dan is dat vanzelfsprekend ook mogelijk met het harde geluid van andere gebeurtenissen die zich op zeker moment voordoen. Zoals het indringende geluid van een kanonschot, of het kletterende geluid van een ijzeren plaat die vanaf de aanhangwagen van een auto op de weg neervalt. In ieder geval is het in de geschiedenis een bekend ervaringsfeit dat bij grote explosies, zoals bij het vernietigen van een grote partij munitie, het geluid zich niet steeds alleen rechtdoor bewoog. Want dat geluid bleek in die situatie op sommige plaatsen wél te horen te zijn, maar op andere plaatsen er tussenin weer duidelijk niet. Het was net of sommige plaatsen werden overgeslagen en andere plaatsen niet.

De gedachte dat het geluid van die explosies tegen bepaalde luchtlagen afketst, is niet alleen zeer plausibel maar wordt ook duidelijk wetenschappelijk ondersteund. Die gelaagdheid ontstaat door een opeenvolging van warme (meer ijle) luchtlagen en koudere (meer dichte) luchtlagen. De luchtlagen welke ondermeer de eigenschap hebben om geluid te reflecteren, staan in de meteorologie bekend als 'inversielagen'. Tijdens mijn wandeling hoorde ik dus hoogstwaarschijnlijk de reflectie van het geluid van de donder tegen bepaalde inversielagen in de lucht. Het is overigens in de meteorologie een bekend gegeven dat dergelijke inversielagen zich boven laagland op een hoogte van ongeveer 500 meter boven het maaiveld bevinden.